Ze hielden van kwaliteitstheater, onze illustere voorgangers. Ze repeteerden dan ook hard en haalden het beste uit zichzelf. Ze streefden naar steeds hoger en beter, zo is het ook meermaals te lezen bij de auteur van de dagboeken, Leonard Holsters.
De toneelvrienden vonden het echter ook erg belangrijk het aangename aan het nuttige te koppelen. Een toneelseizoen werd dan ook zonder fout afgesloten met een diner of ja, zelfs een heus feest met danspartij en al. Deze bruisende parties vonden meestal plaats in Den Apollo of in het Rupelhotel, twee befaamde Boomse feestzalen in de jaren 1930. Vandaag kan je in restaurant Salpicon, voorheen het Rupelhotel, nog steeds gezellig dineren. Maar feestjes zoals toen? Die zie je er niet meer.
Onze dagboekschrijver vertelt met brio en bijna tastbaar plezier over deze memorabele avonden: dat men kon smullen van heerlijke vis, dat er danig gedronken werd, speeches gehouden, gezongen, gejongleerd en met serpentines gegooid tijdens het dansen… Saai was het zeker niet!
Een vaak terugkerende en zeer gewaardeerde gastmuzikant op deze toneelfeesten was Den Tisteman. Dat was de bijnaam van Jean Baptist Vermant, oprichter van de Koninklijke Harmonicaïsten Boom, de accordeonbeweging die haar oorsprong kende in de arbeiderswijk Noeveren. Wanneer Den Tisteman kwam spelen, gingen de beentjes flink de lucht in!